Minister Brinkhorst van Economische Zaken bepleitte op de Rijksuniversiteit Groningen een vrije marktwerking en lage drempels in het onderwijs. Dat moet leiden tot meer uitblinkers, zei hij tijdens een toespraak op 15 februari. Volgens de minister ontbreekt het daar nu nog te veel aan. ’Waar universiteiten centra van excellentie zouden moeten zijn, zijn er relatief weinig hoofden die zich boven het maaiveld verheffen.‘

Als de overheid de teugels loslaat, komt er volgens de minister een dynamischer aanbod aan opleidingen. ’Wie de hete adem van de concurrentie in zijn nek voelt, presteert beter. Protectie leidt uiteindelijk tot verstarring en welvaartsverlies.‘
Brinkhorst wil ook een minder statisch aanbod aan onderwijsinstellingen. ’Het aantal Nederlandse instellingen dat universitair onderwijs mag geven is beperkt. Nieuwe aanbieders worden maar mondjesmaat toegelaten. Als we willen woekeren met onze talenten, dan is het belangrijk om studenten een breed scala aan opleidingsmogelijkheden aan te bieden.‘ Verder vindt de D66-bewindsman dat er ruimte moet komen om talent uit te laten groeien. Hij noemt de maatregelen van staatssecretaris Rutte op het gebied van selectie aan de poort en collegegelddifferentiatie een stap in de goede richting.
Verder zei Brinkhorst dat het Nederlandse hoger onderwijs niet toegankelijk genoeg is. Studenten komen meestal uit een wit milieu en zijn tussen de 18 en 25 jaar oud. Dat is volgens hem geen goede afspiegeling van de samenleving. ’De doorstroom vanuit vwo en havo is prima geregeld. Maar daar blijft het bij. Mbo‘ers vinden nauwelijks hun weg naar hogescholen en universiteiten. En ook laatbloeiers kom je er te weinig tegen.‘ Brinkhorst vindt daarom dat het makkelijker moet worden om te lenen van de overheid en naar ratio terug te betalen. Daarbij moet de maximale leeftijd ver worden opgerekt.