Afstandsbedieningen zijn niet meer die saaie knoppenkastjes van weleer. Bij Universal Electronics in Enschede werken ze aan de nieuwste generatie, met rf-communicatie, spraakherkenning en artificiële intelligentie.
Alleen in mijn woonkamer liggen er al drie: eentje voor de televisie, eentje voor de geluidsinstallatie en eentje voor de decoder. Vier, als ik die voor de gashaard meetel. Een kwartet afstandsbedieningen, allemaal van een ander merk en geen van alle echte technische hoogstandjes. Ze maken het leven eerder moeilijker dan makkelijker: ik heb ze allemaal nodig, maar ik ben er altijd wel eentje kwijt, en als ik er dan een wil gebruiken, moet ik me vaak in allerlei bochten wringen omdat er iets in de weg staat dat de infraroodcommunicatie blokkeert.
Universal Electronics is al ruim dertig jaar bezig om deze bron van frustratie weg te nemen. Het Amerikaanse bedrijf is groot geworden in universele afstandsbedieningen. Ook die dingen blonken aanvankelijk niet uit in gebruiksgemak: van het toestel dat je wilde bedienen, moest je in een waslijst aan ondersteunde apparaten eerst een code opzoeken, die je vervolgens op de remote control moest intoetsen om de koppeling tot stand te brengen. Daarbij kwam het nog weleens voor dat precies jouw model er niet tussen stond.
De universele afstandsbedieningen van nu zijn een stuk slimmer en daarmee een stuk gebruiksvriendelijker, bezweert Marcel Hilbrink. ‘We werken samen met de apparaatfabrikanten en hun chipsetleveranciers om software van ons aan boord te krijgen waarmee de remote kan communiceren om te bepalen met welk toestel hij precies van doen heeft’, aldus de vice president product, technology and engineering bij Universal Electronics. ‘Vervolgens stelt hij zichzelf in en is hij volautomatisch klaar voor gebruik.’
Obstakels vormen ook al geen probleem meer. ‘We werken meer en meer met rf’, verklaart Hilbrink. ‘Het aandeel infrarood daalt en zit nu al onder de vijftig procent. Dat is heel snel gegaan, en we blijven ons daar verder in ontwikkelen. Waar we eerst vooral Zigbee RF4CE deden, verschuift onze focus langzaam naar Bluetooth Low Energy. Onze nieuwste ontwikkeling laat dat mooi zien: samen met het voormalige Greenpeak-team bij Qorvo leggen we de laatste hand aan de dual rf-chipset UE878, die zowel RF4CE als BLE ondersteunt. Daarmee krijgen we nog meer economy of scale.’
Device lifecycle management for fleets of IoT devices
Microchip gives insight on device management, what exactly is it, how to implement it and how to roll over the device management during the roll out phase when the products are in the field. Read more. .
Lokale engineering
Onder de merknaam One For All zijn de afstandsbedieningen van Universal Electronics verkrijgbaar bij de Mediamarkten van deze wereld. Daarnaast levert het bedrijf aan consumentenelektronicagiganten als Sony en Samsung en kabelreuzen als Comcast, en in Nederland aan onder meer Ziggo en KPN. ‘In een gemiddelde woning liggen minstens twee producten met onze technologie’, schat Hilbrink. Wereldwijd staan er meer dan drieduizend namen op de loonlijst. Op het Enschedese Kennispark zijn ze met zo’n honderd man en sturen ze nog eens een vijftigtal mensen aan elders in Europa. Toch is het bedrijf nauwelijks bekend in Nederland.
De geschiedenis van de Twentse vestiging begint bij Menno Buys, een naar Amerika verhuisde Enschedeër. Begin jaren negentig raakte die in de VS betrokken bij de One For All-producten van Universal Electronics. Deze consumentenlijn leek hem ook wel wat voor Europa en hij kreeg van het bedrijf het groene licht om een kantoor op te zetten aan deze kant van de plas – lokale ondersteuning was toen een belangrijke eis in de retail. Als locatie koos hij voor Enschede, niet alleen omdat hij ervandaan kwam en er nog contacten had, maar ook omdat de UT in de buurt zat en hij een goedkoop pand van de universiteit kon betrekken.
Een kwart eeuw later deelt Universal Electronics het imposante ovalen kantoorgebouw op de kop van het Kennispark met de r&d-afdeling van bandenfabrikant Apollo Vredestein. Vanuit de bovenste verdiepingen verzorgt het Twentse team de integratie van de afstandsbedieningstechnologie bij Europese klanten. ‘Dat is niet meer zo eenvoudig als vroeger’, moet Hilbrink bekennen. ‘Bij infrarood had je een spec van één A4’tje; dat was voldoende voor de fabrikant. Rf-stacks komen met hele boekwerken.’
Hilbrink en de zijnen doen ook steeds meer engineeringwerk. ‘Onze producten zijn zo complex geworden dat we niet ontkomen aan lokale ontwikkeling. We hebben hier nu een dozijn lead engineers zitten in verschillende disciplines, waaronder embedded software, firmware, elektronica en rf. Zij sturen weer teams aan in China en de VS. Zo ontwikkelen we twintig producten tegelijk. Maar het aantal projecten groeit en ook de complexiteit neemt toe, dus we gaan meer mensen nodig hebben. Mijn ambitie is om de engineeringclub in Enschede te verdubbelen. Daarvoor is het zaak dat we snel lokaal meer bekendheid krijgen.’
Visueel, auditief en tactiel
Ook de afstandsbediening kan wel een boost gebruiken. Het zijn niet meer die saaie knoppenkastjes van vroeger, stelt Hilbrink. ‘Voor Bang & Olufsen hebben we een super-high-end remote ontwikkeld met een oleddisplay en BLE’, geeft hij als voorbeeld. ‘We zijn ook druk bezig met voice: je wekt de afstandsbediening met een triggerwoord, waarna je stemcommando’s kunt geven en je gesproken feedback krijgt. Hiervoor luisteren we naar de omgeving met meerdere microfoons. Vervolgens bepalen we de richting van de spreker met beamforming, onderdrukken we de ruis om zijn stem te onderscheiden van andere geluiden en verwerken we de spraak – allemaal op een low-power dsp.’
Een ander aandachtsgebied voor het Twentse team is ai. ‘De remote moet de spin in het web worden bij jou thuis’, schetst Hilbrink zijn toekomstbeeld. ‘Hij moet niet alleen in verbinding staan met je apparaten, maar bijvoorbeeld ook met je lampen, je gordijnen, je sloten. Alles dat je op afstand kunt bedienen, zal hij vinden en, na een automatische configuratie, kunnen aansturen. Met machine learning zal hij je gewoontes leren en je dan zelfs proactief gaan assisteren: de lampen aanzetten of de gordijnen sluiten op het moment dat jij dat normaal doet. We zijn nu een kleine settopbox met afstandsbediening aan het ontwikkelen die een deel van die intelligentie al aan boord heeft. Eind dit jaar willen we die lanceren.’
Daarmee heeft de afstandsbediening van morgen veel weg van de Amazon Echo en de Google Home. Hilbrink is niet bang voor die concurrentie. ‘Ik geloof heilig in een combinatie van visuele en auditieve terugkoppeling; dat geeft een veel betere interactie. Maar die slimme speakers van Amazon en Google hebben alleen voicerespons. Voor het visuele moeten ze koppelen met een scherm, en om dat slim te doen, hebben ze toch weer onze technologie nodig.’ Bovendien is Hilbrink ervan overtuigd dat mensen de bediening graag in eigen hand willen kunnen houden – letterlijk. ‘Ze willen iets vasthebben; dat tactiele is minstens zo belangrijk.’
