Samen met het Franse Lcsys heeft Agfa een technologie ontwikkeld om de persoonsdata op een identiteitskaart onder de veiligheidskenmerken aan te brengen. Nu is het nog gebruikelijk om eerst de guilloches te printen, de uit bogen en golven bestaande versieringen die namaak moeten tegengaan, en daarbovenop de gegevens en het portret van de kaarthouder. De blanco halffabricaten zijn echter zeer gewild bij criminelen. De Belgisch-Franse samenwerking presenteert haar Absolut-ID-oplossing deze week op de Trustech-vakbeurs in Cannes. Agfa Specialty Products levert de druktechnologie en de verbruiksmaterialen, Lcsys neemt de procesontwikkeling en constructie van de apparatuur voor zijn rekening.
Absolut-ID gaat uit van productie op rol in plaats van op losse vellen. Daardoor zijn alle volgende bewerkingen te verenigen in één continu proces: printen van de personeelsgegevens inclusief beeld, lamineren, snijden op kaartformaat en aanbrengen van een eventuele chip. Dit is sneller, goedkoper en veiliger dan de conventionele aanpak, waarbij de bewerkingen vaak los van elkaar op geografisch verspreide locaties worden uitgevoerd. De Belgisch-Franse oplossing vergt geen langdurige kaartvoorbereiding en voorkomt de risicovolle opslag van waardevolle half-afgewerkte kaarten en de daarmee samenhangende hoge beveiligingskosten.
Agfa en Lcsys genereren de persoonsgegevens in halftoonkwaliteit, zonder rasterpunten of pixels, waardoor Absolut-ID-kaarten bijna onmogelijk na te maken of zelfs te manipuleren zijn. Vervalsingen zijn gemakkelijk visueel te detecteren. Deze controle is bovendien betrouwbaarder omdat het geringste gebrek aan zelfs één enkele guillochelijn meteen fraude blootlegt.