Mesa+-onderzoekers zijn erin geslaagd dwars door een ondoorzichtig materiaal heen te kijken. Zij schoten met een laser op matglas, waarachter een vijftig micrometer grote fluorescerende letter π was verborgen. Hoewel het licht door het matglas wordt verstrooid, bleken de reflecties voldoende informatie te bevatten om het originele beeld te reconstrueren.
Het was al eens gelukt om een voorwerp achter matglas in beeld te brengen, maar pas nadat de ’verstrooiende eigenschappen‘ van dat specifieke glas in kaart waren gebracht. Met gedetailleerde kennis hoe lichtstralen zich een weg door het glas banen (gegeven de plaats waar en de hoek waaronder ze invallen), is reconstructie van een beeld eigenlijk betrekkelijk eenvoudig. Willem Vos, Allard Mosk en collega‘s hebben daarentegen a priori geen informatie nodig, over het glas noch over het af te beelden object. Wel gebruikten ze fluorescerende verf voor de letter om het groene laserlicht gemakkelijk te kunnen onderscheiden van de gele reflectie.

De reconstructie lukt omdat het beeld van de π weliswaar op een volledig onbekende en onvoorspelbare manier door elkaar wordt gehusseld, maar niet essentieel verandert als de laser onder een iets andere hoek op het matglas wordt gericht. Wel verschuift het een beetje. Door het verstrooide beeld onder heel veel hoeken op te nemen en te analyseren met een speciaal ontwikkeld computermodel, konden de onderzoekers daarom de versnipperde reflecties weer in elkaar puzzelen.
De onderzoekers verwachten dat deze ontdekking nieuwe microscopiemethodes zal opleveren, waarmee het mogelijk wordt om ondanks verstrooiing een haarscherp beeld te vormen, misschien zelfs onder de huid. Daarvoor is de techniek nu echter nog te langzaam.