Technologische superioriteit vormde de basis voor het succes van Intel. Wat gaat er gebeuren nu de processormaker die verliest aan de foundry’s?
Als Intel van de gebaande paden afwijkt, loopt dat vaak fout. Het bedrijf maakte mislukte uitstapjes naar tv en andere consumentenelektronica, miste de boot in mobiel en gpu’s, en deed in het oog springende overnames (McAfee, Wind River) die nergens toe leidden. Voor Intels foundry-business staan de klanten niet bepaald niet in de rij.
Maar in processoren was Intel ongenaakbaar. Het bedrijf bracht met ijzeren discipline om de twee jaar de nieuwste generatie chips uit, een jaar of twee eerder dan de rest. Ook met ingrijpende procesinnovaties als het hoge-k-diëlektricum en de finfet-structuur was Intel de eerste. Noemenswaardige concurrentie voor de krachtige rekenchips was er de laatste jaren dan ook niet veel; AMD hield het hoofd maar nauwelijks boven water.
De laatste jaren hapert de machine. De 14-nanometernode kostte drie jaar en onlangs werd bekend dat volumeproductie van 10-nanometerchips, oorspronkelijk gepland voor 2015, doorschuift naar begin 2019. Oorzaak is een nog altijd te lage opbrengst, die volgens ceo Brian Krzanich vooral te maken heeft met de complexiteit van optische multipatterning. (Intel durfde zich nog niet aan euv te committeren op het moment dat de keuzes voor het 10-nanometerproces moesten worden gemaakt.)
Alsof dat nog niet erg genoeg is, heeft Intel toegegeven dat de eerste 10-nanometergeneraties niet beter zullen presteren dan de beste 14-nanometeredities (de zogenaamde 14++-nanometerprocessoren). Het zal tot ver in 2020 duren voordat er een 10-nanometerchip van Intel is die sneller is dan de beste 14-nanometerchips.

Een comeback voor AMD?
Terwijl Intel worstelt met 10 nanometer is TSMC al begonnen met 7-nanometerproductie en zal het over enkele maanden aan de 7+-tussengeneratie beginnen. Ter herinnering: Intels 10-nanometerchips zijn door verschillende nomenclatuur vergelijkbaar met 7-nanometerchips van foundry’s. Samsung en Globalfoundries liggen niet ver achter op de Taiwanezen. Hun 7-nanometerprocessen zullen naar verwachting eind dit jaar of begin volgend jaar op volle toeren draaien.
De onvermijdelijke conclusie is dat Intel zijn technologische voorsprong uit handen heeft laten glippen. En gezien de agressieve roadmaps van de foundry’s zal de processormaker die niet eenvoudig herstellen.
Nu concurreert Intel niet direct met de foundry’s, maar de wisseling van de wacht heeft desalniettemin pijnlijke gevolgen. De beslissing van Apple om Intel te laten vallen voor pc- en notebookprocessoren kan bijvoorbeeld niet los worden gezien van het feit dat foundry’s in de nabije toekomst geavanceerdere ic-technologie kunnen aanbieden dan Intel.
Intels falen zet ook de deur op een kier voor een comeback van AMD, dat al jaren tweede viool speelt in de processormarkt maar nu kan profiteren van de transitie naar een fabless businessmodel. AMD is met de Ryzen-familie voor de pc al voorzichtig begonnen marktaandeel af te snoepen: de Duitse hardware-reseller Mindfactory verkocht in augustus 2017 voor het eerst in bijna tien jaar meer AMD- dan Intel-chips. De servermarkt is minder overzichtelijk en transparant, maar ook daar oogst AMD’s Epyc-processor lof. En dan zijn zowel Ryzen als Epyc nog gemaakt in een technologie die Intel al sinds 2014 op de markt heeft.
Vaarwel processor
Nu laat een grote hond niet zomaar zijn eten afpakken, en een grote hond is Intel nog altijd. Dit jaar niet de grootste in de chipkennel overigens, met die titel ging Samsung aan de haal dankzij een hausse in de geheugenmarkt. Intel presteert financieel desalniettemin niet ondermaats, mede omdat het de bui al zag hangen. Het bedrijf is al begonnen om afscheid te nemen van zijn processor-centrische businessmodel: Niet het silicium, maar waar dat silicium voor wordt gebruikt (automotive, big data/iot en machine learning), moet de kern van het bedrijf gaan vormen. Getuige de mislukkingen in het verleden, zal dat nog een hele klus worden.