Een handheld apparaatje waarmee thuiszorgmedewerkers hun roosters voor de dag kunnen inkijken, registreren wanneer ze bij de cliënt zijn en de relevante zorggegevens kunnen opzoeken. Dat is het laatste bod om de efficiëntie in de zorg wat te verhogen. Het Eindhovense Codec Telecom ontwikkelde deze Xigo-terminal binnen een jaar in opdracht van een aanbieder van diensten en producten voor de thuiszorg.
Het apparaat lijkt in veel opzichten op een smartphone: het heeft een groot aanraakscherm, GSM/GPRS-functionaliteit en GPS. Je kan er zelfs mee bellen. Waarom dan niet gewoon een applicatie voor een smartphone ontwikkelen? ’Voorheen werkte dit bedrijf met PDA‘s, waar ze hun eigen software op installeerden. Maar daar hadden ze toch niet zulke goede ervaringen mee‘, vertelt Jan Prins, Managing Director bij Codec. ’Met een PDA krijg je dat daar ook andere programmaatjes op worden gezet die de werking van de applicatie kunnen beïnvloeden.‘ Vandaar dat de opdrachtgever een dedicated toepassing wilde die niet ook nog voor andere toepassingen gebruikt zou worden. Bovendien heeft de Xigo een geheel eigen gebruikersinterface geoptimaliseerd voor de toepassing.
Wat ook meespeelt, is dat de terminal enkele speciale eisen heeft die nog zelden te vinden zijn in smartphones. Zo moest het apparaat overweg kunnen met near field communication (NFC). En als scherm is er voor Oled gekozen. ’De klant wilde per se een Oled-scherm‘, legt Prins uit. ’Dat had hij ergens gezien en vond hij erg mooi.‘ Andere voordelen zijn dat het in daglicht goed te zien is en het apparaat relatief zuinig met stroom omgaat. De huidige versie gaat ongeveer 72 uur mee.
De data kan via een USB-kabeltje op het apparaat worden gezet, maar logischer is om daarvoor de ingebouwde GSM-functionaliteit te gebruiken. De opdrachtgever biedt de terminal aan als onderdeel van een groter pakket software en back-officediensten voor thuiszorgorganisaties. De terminal kan via een GPRS-verbinding met de centrale server communiceren.
Verdwalen
Het apparaatje herkent de medewerker in de regel via een RFID-label op een smartcard. Ook het registreren van een bezoek gaat via RFID. Daarvoor hebben de cliënten een eigen pasje in huis. Als extraatje legt het apparaat ook de GPS-positie vast, zodat later is te achterhalen waar een medewerker was als versteviging voor de proof of delivery, de basis van de kostenverrekening voor de thuiszorgorganisatie.
Nadat de gebruiker inlogt, legt de terminal een beveiligde verbinding met de server en downloadt de planning voor de dag. Ook de cliëntgegevens – denk aan telefoonnummers van familie en artsen, medische data – worden in het geheugen van het apparaat gezet. Het hele proces duurt doorgaans enkele tientallen seconden. Daarbij ontstaat natuurlijk wel het gevaar dat die gegevens letterlijk op straat komen te liggen als de iemand het apparaat verliest. Vandaar dat de terminal op afstand uit te schakelen is.
Voor de aansturing beschikt de terminal over een touchscreen, dat met de vinger kan worden bediend. Rond het scherm zijn vier knoppen aangebracht: een aan- en uitknop, een knop om door de menu‘s te navigeren, een knop om de registreren dat de medewerker bij een klant is, en nog een knop waarmee direct een verbinding met de helpdesk wordt opgestart, mocht de medewerker onverhoopt verdwalen in de menu‘s.
64 kilobyte
De terminal draait op het open FreeRTos-besturingssysteem. Deze keuze werd ingegeven door het ontwikkelbord. Codec werkt vanuit de geschiedenis vooral met microcontrollers van Luminary (nu overgenomen door TI). Ook voor dit project kozen ze een processor van deze fabrikant, gebaseerd op de Cortex M3-architectuur. De bijgeleverde IDE bood de optie om het systeem eenvoudig op FreeRTos te builden. Ondanks dat het Codec-team er nog geen ervaring mee had, bleken ze er snel mee uit de voeten te kunnen.
Wel moest het geheugenmanagement flink worden geoptimaliseerd. De controllers moeten het namelijk nog steeds met maar 64 kilobyte aan geheugen doen. Om die reden bleken de meegeleverde softwarebouwblokken voor bijvoorbeeld het ontwerpen van de GUI‘s al snel ongeschikt te zijn. Voor de grafische weergave heeft Codec daarom een eigen windowing-bibliotheek met touchscreendriver toegepast. Verder moesten de prioriteitsinstellingen in het RTos flink worden getweakt. Maar, zo vindt Prins, uiteindelijk bleek dit goed te doen en het resultaat is een responsief systeem.
Uit de eerste praktijktests kwam naar voren dat de gebruikers ook graag SMS wilden hebben. ’Dat gebruiken ze veel om onderling te communiceren‘, vertelt Prins. Na het verwerken van de meeste gebruikerswensen was de eerste versie van de terminal klaar en deze maand lopen de eerste exemplaren van de band. In totaal moeten er ongeveer vijfduizend per jaar worden gefabriceerd. Ondertussen wordt er al flink nagedacht over uitbreidingen. Prins: ’Het apparaat heeft al GPS, dus je zou er bijvoorbeeld aan kunnen denken dat het de route naar de volgende patiënt uitstippelt.‘