Nanodraadjes met een kern van germanium en een schil van silicium zouden de toekomstige bouwstenen kunnen zijn van een quantumcomputer, denken onderzoekers van de Universiteit Twente en de Technische Universiteiten Delft en Eindhoven. Op dit moment vormen ze in ieder geval het bijna perfecte materiaal om onderzoek te doen ten behoeve van de majorana-quantumcomputer.
De nieuwe nanodraadjes stellen de onderzoekers in staat om elektronen of gaten in quantum dots op te sluiten én supergeleiding te laten plaatsvinden. Deze combinatie is essentieel om majorana-deeltjes te maken, die vanwege hun ongekende stabiliteit buitengewoon interessante kandidaten zijn om qubits in vast te leggen. Hoe stabieler een qubit, hoe makkelijker het is om er bewerkingen op uit te voeren – om ermee te rekenen, met andere woorden.

De TU Delft bespeurde in 2012 de eerste aanwijzingen voor majorana’s in nanodraadjes. Het definitieve bewijs voor hun bestaan is nog steeds niet geleverd, maar het net begint zich langzamerhand te sluiten. Door steeds ‘schonere’ systemen te maken, kunnen alternatieve verklaringen voor de waarnemingen worden uitgesloten.
De germanium-silicium nanodraadjes vormen daarin de volgende stap: ze zijn zo goed gedefinieerd dat elk atoom op de juiste plek zit. Zo kunnen de waarnemingen verder opgeschoond worden, zodat mogelijk het definitieve bewijs voor majorana’s kan worden geleverd. Dan kan een daarop gebaseerde quantumcomputer echt beginnen.
‘Of dit het materiaal is dat uiteindelijk in quantumcomputers terechtkomt durf ik niet te zeggen; ik heb geen glazen bol. Wat ik wel weet is dat dit een ideaal materiaal is om fundamenteel onderzoek te doen dat relevant is voor de ontwikkeling van quantumcomputers’, zegt onderzoeker Joost Ridderbos van de UT.