Ook het tweede grote windpark dat Nederland in de Noordzee wil laten bouwen, valt veel goedkoper uit dan verwacht. Het winnende tenderbod van Shell, Van Oord, Eneco en een dochteronderneming van Mitsubishi heeft naar schatting nog slechts driehonderd miljoen euro aan subsidie nodig de komende vijftien jaar, terwijl vijf miljard was beraamd. Eerder dit jaar viel de tender voor het eerste windpark ook al 2,7 miljard euro goedkoper uit. Minister Kamp van EZ zegt al dat het totale gereserveerde subsidiebudget voor de Nederlandse windambities waarschijnlijk met de helft omlaag kan.
Nederland wil in totaal vijf grote windparken laten bouwen in de Noordzee, elk met een capaciteit van zevenhonderd megawatt. Daarvoor hanteert Nederland een vrij unieke tenderprocedure. De overheid zorgt voor alle randvoorwaarden, zoals de de aansluiting op het net, vergunningen en alle benodigde gegevens. Partijen kunnen vervolgens inschrijven op een specifiek bedrag waarvoor ze stroom denken te kunnen genereren. Het verschil met de marktprijs wordt voor een periode van vijftien jaar gesubsidieerd. Volgens de huidige prognoses van de elektriciteitsprijs zal het nieuwe park met de geboden prijs echter slechts de helft van die periode subsidie nodig hebben.
Het nieuwe windpark moet 22 kilometer uit de kust bij Borssele verrijzen, naast het eerste windpark. De derde tender wordt na de zomer opengesteld. In 2023 moeten alle vijf de windparken operationeel zijn.